Reinhold Friedl / Hugh Levick / Quatuor Diotima (CD Recensie)

Twee recente Cd’s met een hoofdrol voor het Franse strijkkwartet Quatuor Diotima. Bij La Muse en Circuit verscheen een album met de drie strijkkwartetten van Reinhold Friedl en bij Editions Radiofrance verscheen een album met muziek van Hugh Levick. Mooi, want Quatuor Diotima geldt op dit moment zonder meer als één van de interessantste strijkkwartetten en is gelukkig op regelmatige basis ook in onze contreien te gast.

Het strijkkwartet laat het eerst van zich horen aan het eind van de achttiende eeuw en Joseph Haydn geldt algemeen als de eerste componist die een serieus corpus voor deze bezetting componeerde, zo leert een recent boek van Leo Samama dat hier nog uitgebreid aan bod zal komen. Al die eeuwen is deze bezetting populair gebleven en op dit moment is hij misschien wel geliefder dan ooit. Ook nu voegen Friedl en Levick weer hun composities toe aan een alsmaar uitdijend universum aan werken voor deze bezetting.

Reinhold Friedl, geboren in 1964 is componist en pianist en studeerde wiskunde, compositie en piano, onder andere bij Alexander von Schlippenbach. In 1997 richtte hij Ensemble Zeitkratzer op waar hij nog steeds als dirigent aan verbonden is. Wat geldt voor Zeitkratzer, geldt voor zijn eigen composities: ze zijn niet op één stijl vast te pinnen. Tot nu toe schreef Friedl drie strijkkwartetten, die alle drie op dit album staan. De eerste en de derde zijn daarbij relatief kort, ze duren nog geen tien minuten, terwijl de tweede iets meer dan twintig minuten duurt. Gezien de geschetste achtergrond van Friedl zal het u niet verbazen dat van de leden van Quatuor Diotima het één en ander wordt gevraagd bij de uitvoering van deze kwartetten. In het eerste kwartet, stammend uit 2005 en opgedragen aan de Engelse cellist Anton Lukoszevieze, worden de strijkstokken in cirkels over de snaren bewogen waardoor we een wereld van vreemde, krakende geluiden krijgen. Alsof er van die mobiles bewegen in een voorjaarsbries, terwijl er elders een deur staat te klapperen en er een hekje piept. Een bijna spookachtige geluidswereld die naar het einde toe in heftigheid toeneemt. Het tweede kwartet stamt uit 2009 en begint al even ingetogen als de eerste, met een boeiende constellatie van repeterende klanken, de associatie met knarsende machines oproepend. Pas op driekwart van het kwartet voert Friedl het tempo op met jagende tremolo’s, een ware, vooral fysieke, uitdaging voor de musici. Het derde kwartet schreef Friedl in 2016 in opdracht van G((o))ng Tomorrow, een festival in het Deense Kopenhagen. Dit kwartet voldoet aanvankelijk nog het meest aan het idee dat wij hebben bij een strijkkwartet: samenspel op hoog niveau, waarbij de instrumenten elkaar afwisselen in een boeiend treffen. Maar ook hier horen we de ijle klanken die we reeds tegenkwamen bij de eerste twee kwartetten.

De Amerikaanse componist Hugh Levick heeft een al even veelzijdige achtergrond als Friedl. Hij speelde met Anthony Braxton, Steve Lacy en het Art Ensemble of Chicago, maar studeeerde ook bij John Cage en Vinko Globokar.

Met ‘Island & Exile’ verwijst Levick naar het verblijf van de filosoof Walter Benjamin op Ibiza in 1932 / 33. Benjamin schreef hier over zijn jeugd en kwam tot het inzicht dat gebeurtenissen uit die tijd hem nog steeds beïnvloedden. Dit gegeven gebruikt Levick voor dit pianokwintet, het eerste akkoord komt op allerlei manieren terug, als echoes. Naast het kwartet horen we pianist Wilhelm Latchoumia in dit zeer harmonieuze stuk.

‘Constellation’ schreef Levick voor bas-bariton en strijkkwartet, hier Nicholas Isherwood. Het is een behoorlijk prestigieus stuk waarin Levick stil staat bij de menselijke beschaving en hoe die onze aarde vernietigt. Het begint allemaal met ‘The Industrial Revolution – The God’ en via ‘Weather – The Afflicted’ en ‘War – The Survivor’ komen we bij ‘Technology – The Fool’. De titels spreken voor zich. Levick laat zijn cyclus echter niet eindigen in een catastrofe maar in een catharsis. ‘Light – The Sage’ baseerde hij op de geschriften van de gnostische mysticus Thomas uit de tweede eeuw. “Then he comes to understand, as if he were awekening” zingt Isherwood. Laten we het hopen. Maar Quatuor Diotima weet hier samen met Isherwood de sfeer van bedreiging en verval wel groots te verklanken. Bijzonder is ‘War – The Survivor’ waarin een veteraan terugkijkt op zijn daden. Een hoofdrol hier voor Isherwood, met spanning verhogende en dramatiserende klanken van het kwartet. In ‘Remnants of Symmetry’, het stuk dat de naam geeft aan het album, verlegt Levick zijn grenzen naar het heelal. De drie delen vormen samen een uitgebreidere versie van de titel: ‘Are Patterns remnants / Of a Greater / Symmetry’. Quatuor Diotima krijgt hier gezelschap van de percussionisten Daniel Ciampolini en Florent Jodelet. Machtig mooi hoe de componist hier het slagwerk vermengt met de strijkers. Bijzonder is ook het tweede deel met die bijna drone-achtige klanken, doorsneden met vanuit de verte klinkende slagen op de trom. In het derde deel tenslotte vindt het stuk zijn climax, hier is Quatuor Diotima op zijn best.

Quatuor Diotima werd in 1996 opgericht door laureaten van het Parijse conservatorium en heeft inmiddels een belangrijk plek verworven binnen de hedendaagse gecomponeerde muziek, niet in de laatste plaats door de samenwerking met belangrijke componisten als Helmut Lachenmann, Brian Ferneyhough en Toshio Husokawa. We horen die inmiddels indrukwekkende staat van dienst op deze twee zeer verschillende maar beide zeer boeiende albums zonder meer terug.

Het album met de strijkkwartetten van Reinhold Friedl is te beluisteren en te koop via Bandcamp:

Beluister hier de de drie composities van HUgh Levick: