Wu Tsang, Sophia al Maria & Caroline Shaw – Moby Dick; or, The Whale (Concert Recensie)

Muziekgebouw aan ’t IJ, Amsterdam (Holland Festival – 18 juni 2022 

Tosh Basco als Queequeg. Foto’s: Holland Festival

Zonder enige twijfel hoort Herman Melville’s ‘Moby-Dick; or, The Whale’, verschenen in 1851, tot de hoogtepunten van de wereldliteratuur. Een prachtige roman over een gedoemde reis, afgewisseld door meer inhoudelijke essays over een keur van zaken die verband houden met de walvisvaart. Ruim anderhalve eeuw later laten regisseur Wu Tsang, schrijfster Sopha al Maria en componiste Caroline Shaw, als onderdeel van dit Holland Festival, zien en horen dat deze roman nog altijd actueel is. Ze veroorloven zich de nodige vrijheden, zonder het oorspronkelijke meesterwerk daarbij ook maar enigszins te kort te doen.

Ishmael monstert aan op de Pequod voor zijn eerste en tevens laatste walvisvaart. Al snel sluit hij vriendschap met de wat zonderlinge Queequeg, een harpoenier. Al snel tijdens de reis blijkt dat dit geen gewone reis gaat worden. De kapitein, Achab, blijkt niet geïnteresseerd in walvissen als bron voor olie, maar is niet minder dan geobsedeerd door louter die ene walvis, die hem ooit zijn been kostte: Moby Dick. De walvis die hij uiteindelijk na veel omzwervingen zal vinden en die de voltallige bemanning, inclusief Achab het leven zal kosten. Slechts één overleeft er deze catastrofe, Ishmael. Het boek is zijn herinnering aan deze noodlottige reis. De grootste verdienste van Tsang en Al Maria is dat ze met hun  versie van Moby Dick de link leggen met het heden. Dat gebeurt in de vorm van een film waarin Tsang een aantal sleutelscènes uit de roman op zeer poëtische wijze weet te verbeelden, vaak middels prachtig vormgegeven choreografieën, bijvoorbeeld in de scène waarin er een gruwelijke storm over het schip raast.  Al is die scène waarin scheepsmaat Pip overboord slaat en uiteindelijke levend uit de zee wordt gehaald verreweg het meest indrukwekkend.

Fred Moten als de onder-onderbibliothecaris

Die scènes, vormgegeven als een stomme film, waardoor de muziek van Caroline Shaw alle ruimte krijgt, worden afgewisseld met een monoloog van een onder-onderbibliothecaris, prachtig vormgegeven door Fred Moten, die de link legt met het heden. Een schitterend voorbeeld is ’the plan’ van Achab, wat als illustratie dient voor al die goedwillende bureaucraten en hun acties. De link tussen Achab en iemand als Elon Musk is hier gemakkelijk te leggen. Een ander perspectief dat Tsang en Al Maria met hun versie bieden is er één op het samenleven. De vriendschap tussen twee uiteenlopende personages als Ishmael en Queequeg, gesymboliseerd door “I want to see what you see” is daarvan een voorbeeld, maar ook het gegeven dat de bemanning op zo’n schip samensmelt tot een wij, allen ondergeschikt aan het doel, “the industrial we”, zoals Al Maria het zo mooi noemt. Dat ze dan ook gezamenlijk ten onder gaan, past volledig in dat plaatje. Shaw verklankt dit alles in prachtige muziek voor een strijkersensemble, hier BRYGGEN Bruges Strings, onder leiding van Kevin Griffiths, iedere scène volledig rechtdoend.

Bekijk hier een inleiding tot het project: