Otto Ketting – Ithaka (Concert Recensie)

Concertgebouw, Amsterdam (NTR ZaterdagMatinee) – 7 juni 2025

Totaalbeeld zaterdag. Foto’s Foppe Schut

Een daad van gerechtigheid, zo kun je het concert van het NTR ZaterdagMatinee op 7 juni jongstleden wel noemen. Bijna veertig jaar nadat de opera ‘Ithaka’ van Otto Ketting in première ging, in 1986, krijgt dit ongemeen boeiende stuk een tweede uitvoering. Een gebeurtenis die prima duidelijk maakt wat het lot is van veel hedendaags gecomponeerde stukken, zeker als ze om een complexe bezetting vragen als dit ‘Ithaka’. Ze worden één keer uitgevoerd, het gaat bijna altijd om opdrachtwerken, anders begint een componist er niet eens aan, maar daar blijft het in veel gevallen dan wel bij. Terwijl er iedere maand wel ergens een symfonie van Beethoven klinkt, zijn hedendaagse klassiekers zelden te horen. En ben je eenmaal dood, Ketting overleed in 2012, dan wacht de vergetelheid.

Het NTR Zaterdagmatinee is nog één van de laatste instituten dat regelmatig een lans breekt voor vergeten stukken, iets dat ze ook het komend seizoen weer regelmatig zullen doen. En wat een prachtig en uiterst toegankelijk stuk is dit ‘Ithaka’, gebaseerd op dat beroemde gedicht van K.P. Kaváfis en met een libretto van Ketting en Kees Hin. Een verhaal is er niet echt in deze opera die speelt tijdens een avond in een hotelbar. Als hoofdpersonen hebben we een dichter, een journalist die onderzoek doet naar de geheimzinnige dood van tango componist Carlos Cardel en het fotomodel Star. Waar het allemaal om draait, wordt duidelijk als we het gedicht ‘Ithaka’ lezen, dat in de vertaling van Hans Warren en Mario Molegraaf als volgt begint: “Als je de tocht aanvaardt naar Ithaka wens dan dat de weg lang mag zijn, vol avonturen, vol ervaringen”. Bang hoef je niet te zijn, mits “je denken hoog blijft en verfijnd de emotie die je hart en lijf beroert” en verderop: “je zult hen niet ontmoeten als je ze niet in je eigen geest meedraagt, je geest hun niet gestalte voor je geeft.” Het is duidelijk: de reis naar Ithaka is het leven zelf. Dat merken we ook als we de derde strofe lezen: “Maar overhaast je reis in geen geval. Beter is het dat die vele jaren duurt, zodat je oud zult zijn wanneer je bij het eiland het anker uitwerpt, rijk aan wat je onderweg verwierf en niet verwachtend dat Ithaka je rijkdom schenken zal. Ithaka gaf je de mooie reis. Was het er niet, dan was je nooit vertrokken, verder heeft het je niets te bieden meer”.

Derek Welton (journalist) en James Newby (dichter).

Maar zo gaat het natuurlijk niet, dat bemerken we al direct aan de muziek van Ketting in de proloog, die wringt en broeit aan alle kanten en zindert van spanning voordat het wat meer harmonische vormen aanneemt. Verderop culminerend in een aantrekkelijke ritmiek, een vorm waar Ketting zich tijdens deze anderhalf durende opera vaker van zal bedienen. In de tweede scène wordt duidelijk dat deze opera zich beweegt tussen heden en verleden en tussen realiteit en fantasie. De journalist worstelt met de dood van zijn vader, terwijl hij meer wil weten over de wijze waarop de componist Gardel is overleden. Het blijken twee zijden van dezelfde medaille. Dat ronddolen in het verleden van de journalist vindt deels zijn wortels in de dominante opvoeding, het vak van journalist is hem opgedrongen, zelf had hij liever schilder geworden. Ook de dichter, zo blijkt uit de derde scène, leeft in het verleden, hij mijmert over voorbije liefdes. En dan is er het fotomodel Star dat in dezelfde scène opdoemt. Ze wordt door iedereen bemint, maar bemint zelf niemand. Ze legt de lat zo hoog dat er niemand aan haar eisen kan voldoen en als ze dan eindelijk in de achtste scène iemand vindt, blijkt dat een m0ordenaar en wordt de liefde haar dood. Sowieso biedt deze opera weinig om vrolijk van te worden: bij de affaires van de homoseksuele dichter doemt de vraag op of er altijd wel met wederzijdse toestemming is gehandeld; die Gardel hield het vlak voor zijn dood met een veertienjarig meisje; Star wordt het slachtoffer van femicide, nadat de fotograaf Macho tijdens een sessie wel erg expliciete toespelingen maakt en de journalist blijft hangen in de dood van zijn ouders en zoon. En dan is er nog de figuur van Angel, een soort van regisseur. Een engel dus, die alles, tevergeefs overigens, nog een beetje in goede banen wil leiden. Ketting en Hin maken het met hun opera mooi duidelijk: Kaváfis mag ons dat Ithaka dan gunnen, het werkelijke leven zit vol voetangels en klemmen en vaak wens je dat je nooit aan die reis begonnen was.

Anthony Hermus en leden van het orkest.

Verlies, sterfelijkheid, onvervulde en zelfs verboden verlangens, we hebben er allemaal mee te dealen. Op reis gaan is ook afscheid nemen, zaken achter je laten, hoe moeilijk dat ook is. In het verleden blijven hangen, zoals de journalist en de dichter doen, lost niets op. We moeten door. Het is dat alles dat Ketting perfect weet te vangen in muziek. Muziek die kolkt en stroomt, met een regelmatig heftige dynamiek. Zang speelt vanzelfsprekend een grote rol, maar vrijwel nooit in  dialoog of handeling. Iets dat maak dat deze opera in een concertante uitvoering prima tot zijn recht komt. Het Radio Filharmonisch Orkest weet onder leiding van Antony Hermus prima raad met Kettings meeslepende muziek, het Groot Omroepkoor schittert op menig moment, met als hoogtepunt de mannen tijdens de vijfde scène, die fotosessie van Macho met Star: haar schoonheid geeft mannen het recht om verliefd op haar te zijn. Iris van Wijnen zet haar treffend neer, Johanni van Oostrum is prachtig als Angel en Derek Welton is uitstekend in zijn rol van journalist. Kortom een voortreffelijke uitvoering die het in alles waard is om te herbeluisteren.

Dat kan zoals altijd hier.