Robin de Raaff – Atlantis (CD Recensie)

Het onlangs door Challenge Classics op Cd uitgebrachte oratorium ‘Atlantis’, voor sopraan, bariton, twee solo harpen, groot koor en groot orkest, schreef Robin de Raaff in 2016 voor de AVROTROS vrijdag concertserie in het Utrechtse TivoliVredenburg. ‘Atlantis’ staat voor De Raaff, die zich grotendeels baseerde op het gelijknamige gedicht van Hart Crane, voor het fenomeen ‘het eiland’. Ofwel afgesneden zijn. Hiermee ook doelend op de moderne gecomponeerde muziek, gesymboliseerd in één van de grondleggers: Pierre Boulez.

Boulez is van grote betekenis voor De Raaff. Muzikaal, maar zeker ook persoonlijk. Tijdens een masterclass in 1995 prees deze grondlegger van het serialisme De Raaff’s eerste strijkkwartet ‘Athomus’ en opende op deze wijze deuren voor de toen nog jonge componist. ‘Atlantis’ is niet bepaald een vrolijk werk, iets dat alleen al blijkt uit de directe aanleiding van het stuk: de vervallen toestand van het voormalige zwemparadijs Tropicana aan de Rotterdamse Maasboulevard. Het werd voor De Raaff een soort van symbool, waar de tekst van Crane naadloos op aansluit, samen met delen uit Plato’s ‘Timaeus’ en getuigenissen van overlevenden van overstromingen.

Radio Filharmonisch Orkest en Groot Omroepkoor, onder leiding van Markus Stenz in TivoliVredenburg. Foto AVROTROS

We beginnen dit oratorium instrumentaal, met natuurlijk het Radio Filharmonisch Orkest, hier onder leiding van de voormalige chef-dirigent Markus Stenz, in de hoofdrol. Een enigszins dreigende sfeer, maar wel beeldend. Dan te midden van donkere strijkers horen we de bariton Mark Stone, gevolgd door het Groot Omroepkoor. Wat direct opvalt is de manier waarop De Raaff hier de spanning opzoekt middels krachtig wervelende orkestklanken. Tot slot doet de eveneens fantastisch zingende sopraan Marisol Montalve haar intrede. Muzikaal zeer interessant is het vijfde deel. De diep lage klanken van de contrafagot maken de duisternis voelbaar, louter de mannen in het koor versterken het effect. Een ander mooi voorbeeld van de beeldende kracht van De Raaff’s werk is het begin van het elfde deel waarin opwekkend hoorngeschal te horen is, zwaar slagwerk en het zeer krachtig zingende koor.

Hedendaags gecomponeerde muziek wordt nogal eens voor ontoegankelijk versleten, een imago waar Boulez overigens nogal aan heeft bijgedragen, maar dit stuk daarom bij voorbaat opzij leggen, is geenszins verstandig. Want ondanks het feit dat dit zeker een hedendaags stuk is, slaagt De Raaff er alleszins in om te boeien. En dat hij inmiddels de nodige ervaring heeft met het componeren voor de menselijke stem, waaronder de opera’s ‘Raaff’ en ‘Waiting for Miss Monroe’ niet onvermeld mogen blijven, betaalt zich hier zonder meer uit. De fantastische uitvoering, er wordt hier op het scherpst van de snede gemusiceerd en gezongen, draagt daar alleen nog maar verder aan bij.

Bekijk hier de live uitvoering van het stuk: