Luís Vicente, John Dikeman, William Parker & Hamid Drake – Goes without saying, but it’s got to be said / In Layers – Pliable (CD Recensie)

2020 was een productief jaar voor trompettist Luís Vincente. In dit tweede deel dan ook aandacht voor twee kwartetalbums waarop hij te horen is. Met saxofonist John Dikeman, bassist William Parker en drummer Hamid Drake maakte hij het bij Jacc Records verschenen ‘Goes without saying, but it’s got to be said’ en van In Layers, dat Vicente vormt met gitarist Marcelo Dos Reis, pianist Kristján Martinsson en drummer Onno Govaert, verscheen bij FMR Records ‘Pliable’.

Een deel van het kwartet Vicente – Dikeman – Parker – Drake kennen we reeds. Dikeman maakte met Parker en Drake het prachtige ‘Live at La Resistenza’ en vorig jaar waren ze nog te horen bij Sound in Motion. Naar aanleiding van het concert merkte ik op: “Ook deze set, maar dat is dan ook onderhand het handelsmerk van dit trio, is van een meer dan aanstekelijke ritmiek. Vooral bassist Parker…is als geen ander in staat om met heel weinig klank zeer ritmisch te spelen. Drake doet daar geenszins voor onder, al heeft hij wel iets meer nodig om hetzelfde doel te bereiken”. Op ‘Goes without saying, but it’s got to be said’, ook de weerslag van een liveconcert, maar nu van juli dit jaar, kunnen we hetzelfde etiket plakken. Constant is hier sprake van dat stomende ritme, waar vooral Parker debet aan is en wat voor de twee blazers de perfecte voedingsbodem vormt voor de meest dwarse solo’s denkbaar. Een prachtig moment zit net voorbij de helft van de ‘1st Sentence’. Het ritme is dansbaar en de twee wisselen elkaar af met enthousiaste, kruidige solo’s. Na een smaakvol en harmonieus ‘2nd Sentence’ horen we Drake zingen in ‘3de Sentence’, op rustiek basspel van Parker. Hier worden allereerst de Afrikaanse wortels van de jazz geëerd, gevolgd door een lucide klankspel waarin trompet en tenorsax elkaar prachtig afwisselen.

Vincente mag ook ‘Pliable’ openen. Het eerste nummer, ‘Supple’ vangt aan met een zeer aangename, ingetogen solo waarin melodisch materiaal wordt afgewisseld met indrukwekkende klanksculpturen. Dos Reis, Martinsson en Govaert horen we zacht op de achtergrond. Het verdere verloop is al even ingetogen en vol akoestische verrassingen. In ‘Malleable’ valt vooral het dwarse staccato gitaarspel van Dos Reis op, waar Vicente verderop overigens prachtig op aansluit. Al even grillig is het spel van Martinsson in ‘The Whippy’, even later uitmondend in een enthousiast duet met Dos Reis. En ook hier weer een prachtig melodieuze solo van Vicente, overigens wederom voorzien van het ruwe randje en doorsneden door Govaerts duistere slagen. En slaat ‘Elastic’ op Vicente’s trompet? Hij klinkt hier in ieder geval alsof hij hem binnestebuiten heeft gekeerd. Schurend, ploppend, proestend werkt hij zich hier door de noten heen, geflankeerd door zachte klanken van zijn kompanen. Na het vrij ritmische ‘Ductile’ horen we het kwartet tot slot in het verstilde ‘Pilant’. Ook hier is het vooral het gitaarspel van Dos Reis dat opvalt, geflankeerd door de droge slagen van Govaert.

Beide albums zijn te beluisteren en te koop via Bandcamp: