St. Vincent – Daddy’s Home (CD Recensie)

De zangeres en multi-instrumentaliste Annie Clark werkt sinds 2007 onder haar artiestennaam St. Vincent. Onlangs verscheen er, bij Loma Vista Recordings, nieuw werk van haar. ‘Daddy’s Home’ heet het album waarop Clark teruggrijpt op de platenkast van haar vader en dus op de jaren ’70 van de vorige eeuw. De nummers ontstonden in de afgelopen jaren toen haar vader een gevangenisstraf uitzat, mede verantwoordelijk voor een grote oplichtingszaak, waarvan hij in 2019 vrij kwam. Naast Clark horen we op dit album bijdrages van onder andere Jack Antonoff, Evan Smith, Sam KS, Greg Leisz, Daniel Hart, Michael Leonhart, Lynne Fiddmont en Kenya Hathaway.

Clark is een vechter, zo veel wordt wel duidelijk bij het beluisteren van dit album. Net als haar vader laat ook zij zich er niet onder krijgen. Middels dit album toont ze zelfverzekerd haar vrouwelijke, onafhankelijke en strijdbare kant, de foto’s op de hoes en aan de binnenkant van de Cd laten wat dat betreft weinig te raden over: Clark geniet van het leven. Toch is dat maar de helft van het verhaal. Want zowel middels haar teksten als haar muziek sijpelt de duisternis er onmiskenbaar doorheen en laat dat nu net zijn wat dit album de moeite waard maakt. Ze hoeft niet zo nodig kinderen zingt ze in ‘Pay Your Way in Pain’, maar een zin als “The mothers saw my heels and they said I wasn’t welcome”, laat zien dat het nu ook weer niet allemaal zo vrijblijvend is. Muzikaal weet ze die dubbelheid overigens ook prachtig weer te geven. Het nummer begint redelijk oubollig, maar neemt al snel modernere vormen aan. Maar de slepende, zelfs ietwat depressieve ondertoon en de vaak tegen onmachtig krijsen aanleunende zang benadrukken die andere kant.

St. Vincent. Foto: Rex

Het zit ook in een prachtige ballade als ‘Down and Out Downtown’, maar dan op een meer uitgesproken wijze, hier overheerst de melancholie. Het gevoel dat hoort bij “Last night heels on the morning train / it’s a long way back downtown / 10 missed calls they don’t know where you are” kunnen we immers op meerdere manieren interpreteren. En het mooie is dat Clark duidelijk oog heeft voor die ambivalentie, iets dat zowel in haar teksten als in haar muziek tot uiting komt. Wellicht nog wel het mooist in die slotzin van het titelnummer ‘Daddy’s Home’, waarin ze haar vaders laatste moment in de gevangenis terughaalt: “Hell where can you run when the outlaw’s inside you.” En de droom biedt ook niet echt uitkomst, in ‘Live in the Dream’ zingt ze: “The dream lives in me, but I can’t live in the dream.” Nee, aan zelfkennis ontbreekt het haar niet, beluister die snijdende gitaarsolo maar aan het einde, afgewisseld door die elkaar pratende stemmen, die zegt nog meer dan welke tekst dan ook. Tegelijkertijd, wie kan er zonder dromen?

Clark in ieder geval niet, hoe doorzichtig en onecht ze ook zijn, neem het haar eens kwalijk. “If life is a joke, I’m dying laughing” zingt ze in ‘The Laughing Man’, niet zonder zelfspot. Als geen ander beseft ze dat we als mens nu eenmaal ergens in moeten geloven, ergens houvast aan moeten hebben, ook al is het aan een illusie. Noem het realisme.

Het album is te beluisteren en te koop via Bandcamp: