Lera Auerbach Festival – Deel 2 (Concert Recensie)

Amare, Den Haag – 21 oktober 2023

Ik vervolg mijn verslag van het Festival gewijd aan de muziek van Lera Auerbach met de twee concerten op zaterdagavond in de concertzaal van Amare. Gespeeld werden ‘Sogno di Stabat Mater (naar Pergolesi)’ uit 2015, door musici van het New European Ensemble, samen met studenten van de Ensemble Academy van het Koninklijk Conservatorium, ‘Dreammusik voor cello en kammermuziekensemble’ uit 2014 door het New European Ensemble en het splinternieuwe ‘Flights of the Angakok’ dat afgelopen donderdag zijn wereldpremière beleefde in het Muziekgebouw aan ’t IJ, door het Nederlands Kamerkoor, pianiste Yang Yang Cai, de percussionisten Vitaly Medvedev en Kalina Vladovska en Thorwald Jørgensen op theremin. En dat alles onder leiding van Auerbach zelf.

Ondanks dat Auerbach ‘Sogno di Stabat Mater’ baseerde op het beroemde ‘Stabat Mater’ van Giovanni Battista Pergolesi is haar stuk geen religieus werk. Auerbach ziet de treurende Maria eerder als een universeel symbool van de treurende moeder over het verlies van één van haar kinderen. Wel streeft ze er naar om in dit werk qua harmonie en sfeer bij Pergolesi aansluiting te vinden. Dat doet ze met een bijzondere bezetting van een strijkersensemble, met de viool en de altviool als solist, aangevuld met de vibrafoon. De keuze voor die vibrafoon maakte het mogelijk bijzondere dialogen te componeren met de strijkers, iets wat het stuk een apart karakter verleent. En ook hier treffen we weer die grote extremen in dynamiek aan, zo kenmerkend voor Auerbachs werk. Maar hier en zeker ook in dat ‘Dreammusik’ valt mij ook op hoe sterk haar muziek verweven is met de grote Russische componisten, Dmitri Sjostakovitsj voorop en met de Joodse muziek, vooral in dat laatste stuk hoor ik dat sterk terug. Mooi is ook hoe Auerbach de strijkers inzet, bijvoorbeeld in die solo voor cello in dat ‘Dreammusik’, prachtig vertolkt door Willem Stam. En ik doel dan met name op het veelvuldig gebruik van legato met een vaak bedwelmend effect, iets dat overigens uitstekend past bij de titel en de boodschap van dit stuk. Tijdens een interview zaterdagmiddag geeft Auerbach aan hoe belangrijk dromen zijn: ze maken duidelijk wat er leeft in het onderbewuste, zijn een manier om je indrukken te verwerken en wijzen je dus in zekere zin ook de weg.

Het complete gezelschap neemt het applaus in ontvangst in het Muziekgebouw aan ’t IJ. Foto: onbekend

Auerbach schreef al twee keer een stuk voor het Nederlands Kamerkoor: ’72 Angels’ stamt uit 2016, waarna drie jaar later de tegenhanger volgde: ‘Goetia 72’, ofwel 72 demonen. Bijzonder is dat Auerbach het koor in alle gevallen aanvulde met andere instrumenten. In ’72 Angels’ was dat een saxofoonkwartet, in ‘Goethia 72’ een strijkkwartet en in dit ‘Fligths of the Angakok’ zijn dat de piano, de theremin en percussie. Wat Auerbach ook nu weer de mogelijkheid geeft om met een bijzonder uitgebreid klankpalet te werken. Dit laatste stuk vertoont verwandschap met haar vierde symfonie ‘ARCTICA’ uit 2019. Die symfonie componeerde ze na een ontmoeting met natuurbeschermer Enric Sala met wie ze enige tijd later naar de Noordpool trok. Die reis leverde de input voor die symfonie maar ook voor dit ‘Flights of the Angakok’. Via de man van een vriendin op Groenland maakte ze kennis met de taal en de cultuur van de Inuit, die diepe indruk op haar maakte. Ze schreef zelf het libretto, gebaseerd op het verhaal van Angakok, een sjamaan en de godin van de oceaan, Sedna. Die laatste bedreigt de menselijke beschaving en laat zich, ondanks hevig aandringen van de Angakok, niet van haar plannen afbrengen. De Angakok kan uiteindelijk niet anders dan berusten: de natuur is sterker dan de mens.

Auerbach zet de middelen die ze in dit stuk heeft optimaal in. De piano en het koor vertellen het verhaal en wisselen elkaar af in deze bijzondere geschiedenis. De percussie legt gedurende de vijf kwartier dat het stuk in beslag neemt prachtige accenten: we horen vogelgeluiden, het ijs kraken – ook letterlijk doordat er op ijsblokken wordt geslagen: het water en het ijs spat alle kanten op – de sneeuw schuiven, naast meer onheilspellende klanken. Dat laatste met name vormgegeven door over de grote gong te strijken en door de inzet van een waterfoon, of aquaphone, een instrument dat we ook al tegenkwamen bij de uitvoering van de vijfde symfonie. En dan is er nog de theremin, dit vroege elektronische instrument, dat Auerbach in staat stelt om net nog even wat extra spanning toe te voegen aan dit wonderlijke werk.

Bekijk hier een korte video over de repetities voor ‘Flights of the Angakok’: