Plus Etage, Baarle Nassau – 11 mei 2024
Het strijkkwartet verbinden we vrijwel altijd automatisch met de klassieke muziek. Talrijke formaties, wereldwijd, spelen stukken voor die bezetting van meestal dode componisten en soms een enkele levende. En dat al eeuwen lang. Er zijn uitzonderingen, het Poolse Atom String Quartet en ons eigen Zapp4, bijvoorbeeld, maar ook het relatief jonge North Sea String Quartet dat op hun laatste, bij 7 Mountain Records verschenen album ‘Splunge’ ernstige vormen van grensoverschrijdend gedrag vertoont. Allereerst door geen muziek van anderen te spelen, maar van de vier leden zelf en ten tweede door in alle denkbare stijlen te spelen, waaronder heel soms klassiek. Het album is net uit en het tweede concert op een tour vond plaats in de Plus Etage, Baarle-Nassau.
‘Splunge’ is een samentrekking van ‘Splash’ en ‘Plunge’, zo vertelt altviolist Yanna Pelser ons tijdens het concert. Een duik in de oceaan van de muziek, een verfrissende duik, zo is mijn conclusie na concert en Cd. Een verfrissende duik waarmee dit kwartet laat horen hoe veelzijdig die combinatie van vier strijkinstrumenten kan klinken. Dat deze daarbij allesbehalve op traditionele wijze worden bespeeld, zal u geenszins verbazen. De altviool wordt vastgehouden als was het een gitaar, de cello, bespeeld door Thomas van Geelen dient regelmatig als drumstel en ook de beide violisten, George Dumitriu en Pablo Rodriguez doen alles wat de klassieken verboden hebben. Met schitterende, gloedvolle resultaten. De Cd begint en eindigt met Rodriguez’ uit vier delen bestaande cyclus ‘WITT’, een stuk dat het kwartet in het concert in zijn geheel aan het einde brengt. Hier klinkt het aanvankelijk allemaal nog vrij traditioneel, met die vlammende strijkbewegingen als belangrijkste kenmerk. Alleen dat geklop op de viool hoort daar dan weer niet bij, evenals de duidelijke folkinvloeden iets verderop.
In Dumtriu’s ‘Crytptosplash’ overheerst de ritmiek uit zonnige streken, wat het tot één van de meer dansbare stukken op dit album maakt, al valt eveneens het ingetogen, ietwat melancholieke middendeel op. Een stuk ook waarin we veel van die bijzondere technieken terughoren, zoals in dat bijzonder percussieve slot. Amerikaanse folk, klinkt overduidelijk in Van Geelens ‘Squirrels on Ice’, je ziet ze glijden voor je geestesoog. Het leuke van dit album is dat de vier componisten ons iedere keer weer, met behulp van een grote diversiteit aan muzikale stijlen, waarin geen taboes heersen, steeds in een andere sfeer brengen. Zo gaan we van Braziliaans, via Bluegrass naar de ingetogen en contemplatieve noten van Pelsers ‘One Nigth Music Stand’, waarin aanvankelijk de klanken lijken te zweven, waarna verderop de spanning onmiskenbaar oploopt.
Prachtig ook dat bijzonder dynamische, opzwepende ‘Roller’ van Dumitriu, waarin de instrumenten vooral percussief bespeeld worden, er wordt naar hartlust getrommeld op de kast, geslagen op de snaren en pizzicato gespeeld. Kortom, muziek die we op geen enkele wijze associëren met een strijkkwartet, maar die daar wel degelijk prima bij blijkt te passen. Fantastisch ook dat swingende ‘Mojito’ van Van Geelen, het stuk waar het concert mee begon en dat ons luisteraars direct mee de actie in sleepte. Stilzitten was er vanaf dat moment niet meer bij. Bijzonder is ook Dumitriu’s ‘Last Ferry’, dat hij componeerde na een tocht met een veerboot vanuit Helsinki. Je hoort de kou, het ijs en het duister in de repetitieve patronen, een prachtig stuk, waarin de beeldende kracht van muziek uitstekend doorklinkt.
Bekijk hier video’s van ‘Roller’ en ‘Last Ferry’: