Christopher Chaplin – Paradise Lost (CD Recensie)

Met ‘Paradise Lost’ brengtde Engelse componist en musicus Christopher James Chaplin zijn tweede solo album uit. Zijn eerste, ‘Je suis le Ténébreux’ uit 2016 nam het gelijknamige gedicht van Gérard de Nerval als uitgangspunt, zijn nieuwe album het overbekende gedicht van John Milton dat hij schreef tussen 1658 en 1663 en dat de voorgeschiedenis van de zondeval behandelt.

Chaplin is van huis uit pianist, hij studeerde bij Irene Denereaz in Zwitserland voor hij begin jaren ’80 naar Londen verhuisde. Zijn carrière in de elektronische muziek begon in 2009 toen het Weense platenlabel Fabrique Records hem uitnodigde voor een samenwerking met Thomas Pötz, beter bekend onder zijn alias Kava, voor diens album ‘Seven Echoes’. Tijdens een live uitvoering ontmoette hij de legendarische Duitse elektronica pionier Hans-Joachim Roedelius, wat leidde tot een langdurige samenwerking.

En nu dus ‘Paradise Lost’ waarin Chaplin, met behulp van twee vocalisten, een muzikale wereld creëert die recht doet aan Miltons fameuze epos. Het meest opvallend is daarbij de aanwezigheid van de klassieke tenor Nathan Vale die in het eerste, ‘I Dread’ en het derde, ‘Of This New World’ de teksten van Milton zingt. Naar eigen zeggen was Chaplin “looking for a particular English quality to the singing in ‘Paradise Lost’. Something in the character of a Benjamin Britten song, sung by Peter Pears – Britten’s favourite tenor.” Vale, gespecialiseerd in Barok, is daarbij een prima keuze en de combinatie met de zeer weerbarstige, duistere elektronica is een meer dan bijzondere.

Die elektronica is van een bijzondere orde en bestaat uit een aaneenschakeling van vreemde, fragmentarisch aandoende klanken. De overgangen zijn meestal schokkerig, de bassen verontrustend, het heeft kortom allemaal iets chaotisch, terloops. Tot er halverwege ‘I Dread’ ineens iets van een melodieus patroon ontstaat, middels orgel en koorzang. We zijn nu helemaal in de wereld van Milton beland. Lang duurt dit echter niet, al snel zitten we weer midden in het geknars en gekraak. En dan, te midden van deze onrust horen we ineens de stem van Vale weer. In het derde deel ‘Of This New World’ speelt Vale een grotere rol. Bijzonder is hier de combinatie van de klassieke zang en de knetterende elektronica, waarvan het geluid nog het meest wegheeft van dat wat je hoort in het geval van kortsluiting.

Leslie Winer ontmoette Chaplin via Facebook. Hij stuurde haar ‘Dave the Shoe’ het middendeel van het album, waar zij teksten bij schreef, die ze eveneens insprak. Winer is een voormalig fotomodel die sinds begin jaren ’90 actief is binnen de Engelse experimentele popmuziek. Ze was bassiste in Adam and the Ants en werkte samen met Sinéad O’Connor en Grace Jones. U kunt zich voorstellen dat het verschil met de vertolking van Vale niet groter had kunnen zijn. Een gedurfde keuze van Chaplin. Ineens zitten we in een sfeer die wel wat weg heeft van een Berlijnse nachtclub in de jaren ’20. Het is allemaal zeer origineel, maar ik prefereer de delen één en drie.

Het album is te beluisteren en te koop via Bandcamp: