Edith Hemenway – To Paradise for Onions (CD Recensie)

De kans is groot dat u nog nooit heeft gehoord van de inmiddels 92 jarige Amerikaanse componiste Edith Hemenway, geboren Fitz. Toch is zij reeds sinds halverwege de jaren ’40 actief als componiste van met name kamermuziek en liederencycli, al schreef zij tevens vier opera’s, waar haar dochter Sarah de libretti voor schreef. Het is dankzij de inspanningen van klarinettiste Nancy Braithwaite en Et’cetera dat ze nu, met het verschijnen van ‘To Paradise for Onions’, onder de radar vandaan komt

Stukken voor kleine bezetting op dit album, waaronder twee stukken die ze speciaal voor Braithwaite schreef, die tevens veel andere muziek van Hemenway heeft uitgevoerd. En aangezien Braithwaite sinds eind jaren ’80 in Nederland woont, waar ze onder andere les geeft aan Codarts in Rotterdam, mogen ook wij nu deze bijzondere muziek horen. Want ja, hoe was dat: de carrière van manlief ging voor, Edith voedde acht kinderen op en deed vanzelfsprekend het huishouden. Maar de tijd die overbleef ging op aan componeren.

Zes, vaak meerdelige werken zijn er verzameld op ‘To Paradise for Onions’, met als ondertitel ‘Songs and Chamber Works’. Om met die eerste groep te beginnen. ‘Doors’, voor sopraan, klarinet, cello en piano, baseerde Hemenway op een drietal gedichten van W. S. Merwin, alle drie met de titel ‘A Door’. Opvallend in deze liederen is de wijze waarop Hemenway middels muziek sfeer weet te scheppen, met name door de wijze waarop ze de drie instrumenten laat samenvallen met de menselijke stem. Neem de combinatie klarinet en stem in het tweede ‘A Door’, of die van de cello en de stem. De tweede cyclus is getiteld ‘A Child’s Garden of Verses, Six Poems by Robert Louis Stevenson’ en is geschreven voor klarinet, piano en sopraan. Hemenway schreef het in 1984 voor Braithwaite en sopraan Karen Hansen. In de zes korte gedichtjes, natuurscènes, weet de componiste de sfeer ook nu weer perfect te treffen. We horen de rivier stromen in ‘Where go the boats?’, we horen de wind waaien in ‘Windy Nights’ en de pianist verklankt de regen in ‘Rain’ op simpele maar zeer doeltreffende wijze. ‘Four Poems of Langston Hughes’ schreef Hemenway voor twee sopranen en piano. Meer dan in de twee andere liederencycli weet de componiste hier de luisteraar te raken. Niet verwonderlijk met titels als ‘Down and Out’ en ‘Midwinter Blues’, de diepte peilend van het menselijk bestaan. Prachtige samenzang van Claron McFadden en Roberta Alexander levert dit op. Ze tonen, net als de drie musici, de eerder genoemde Braithwaite op klarinet, cellist Mick Stirling en pianist Vaughan Schlepp, een grote affiniteit met deze muziek.

Dat blijkt ook uit de instrumentale stukken, waarbij het opvallend is dat Hemenway ook deze alle drie baseerde op gedichten. Zo heeft ‘Questions of Travel’, voor klarinet, cello en piano, het gelijknamige gedicht van Elisabeth Bishop als basis. En ook hier valt dat beeldende vermogen weer op. Neem ‘Journey of the Ancients’, de lome tred, de donkere toon van de klarinet, de stemmige cello, het roept de spanning van avontuur op. Maar beluister vooral ook ‘The Rented Car’ en ‘Siesta’ en laat u overtuigen.

Bijzonder is ook zeker het stuk waar het album zijn titel aan ontleent, ‘To Paradise for Onions’, voor klarinet en piano. Hemenway schiep een prachtig en zeer stemmig duet voor deze twee bijzondere instrumenten. Merwin leverde ook de gedichten voor ‘Asian Figures’, het tweede stuk dat Hemenway schreef voor Braithwate. Wederom bestaand uit vrij korte delen, negen in totaal, weet de componiste ook hier weer in ieder deeltje een volstrekt unieke klankwereld op te roepen.

Een ware ontdekking, deze componiste. Hopelijk gaat dit tot meer leiden, we kunnen niet wachten.

Beluister het album via één van de streaming diensten: