Olivier Messiaen – La Nativité du Seigneur

Orgelpark, Amsterdam – 16 december 2017

Het Verschueren-orgel in het Orgelpark

Geen betere plek voor een ongelovige met een passie voor religieuze muziek dan het Amsterdamse Orgelpark in de voormalige Parkkerk. Hier ben je letterlijk omgeven door orgels. Vanavond op het programma, ‘La Nativité du Seigneur’, het eerste grote orgelwerk van Olivier Messiaen gespeeld door Theo Jellema, onder meer organist van de Grote of Jacobijnerkerk in Leeuwarden en docent orgel aan het Prins Claus Conservatorium in Groningen.

Messiaen schreef ‘La Nativité du Seigneur’ in 1935, hij was toen 27 jaar. Een opvallend volwassen en gerijpt stuk dat onmiskenbaar getuigt van het enorme talent dat Messiaen was. Maar daarnaast ook een zeer vernieuwend stuk. Nooit eerder had iemand zo’n stuk geschreven voor orgel, nooit eerder was iemand zo op zoek gegaan naar nieuwe klanken en stemmingen als Messiaen hier. In dit stuk, dat uit negen delen bestaat, behandelt Messiaen de geboorte van Jezus en de waarde van zijn leven voor ons allen, volgens Messiaen dan. Om die geschiedenis te brengen trekt hij zo ongeveer alles uit de kast wat hij heeft en reikt ons een breed scala aan klanken aan. Soms heel melodieus en harmonieus, maar vaak ook is het louter klank die ons deel wordt en – luisterend met de oren van nu – heeft het soms wel iets weg van elektronische muziek.

De cyclus vangt aan met ‘La Vierge et l’Enfant’, oftewel ‘De Maagd en het Kind’ waarvan vooral het middendeel iets vertederends heeft, de blijdschap van Maria om haar kind verklankend. ‘Les Bergers’ – ‘De Herders’ heeft iets surrealistisch met die lange, vrij donkere lijnen en die ene hoge noot die erboven lijkt te zweven. Messiaen schildert hier met klank. Verderop vinden we bovendien een verwijzing naar oud Franse kerstliedjes. Met ‘Desseins éternels’, in vertaling ‘Gods eeuwig heilsplan’ verwijst Messiaen naar een zin in Paulus’ brief aan de christelijke gemeente in Efeze: “God heeft ons in zijn grote liefde voorbestemd om Zijn kinderen te worden door Jezus Christus, tot lof van de heerlijkheid van Zijn genade.” Hier horen we langgerekte lijnen, ietwat duister aandoend, eindigend in een majestueuze drone.

In het eerste deel van ‘La Verbe’ – ‘Het Woord’, het langste deel van de cyclus, nam Messiaen Michelangelo’s ‘Laatste Oordeel’ als uitgangspunt. Hier gaan we diep de laagte in, met felheid en zware grondtonen. Het tweede deel vormt een contrast. Middels een  cornetsolo wordt hier Gods woord verklankt, waarbij de lengte de eeuwigheid symboliseert. ‘Les Enfants de Dieu’ – ‘Gods kinderen’ vangt redelijk dramatisch aan met een crescendo waarna een ingetogen deel volgt waarin Messiaen de geborgenheid weergeeft. Het wordt gevolgd door majestueus verklankte hoop, jubelklanken in ‘Les Anges’, ofwel ‘De Engelen’. Een caleidoscopisch stuk waarin de componist vooral gebruik maakt van ingewikkelde clusters van hoge tonen. ‘Jésus accepte la Souffrance’ – ‘Jezus aanvaardt het lijden’ is de titel van het zevende deel. Hier is de spanning en de smart voelbaar. De ongenaakbare klanken in het laag zijn als een onweerswolk, de hoge klanken als zonnestralen die erdoor heen priemen. Lijden en berusting gaan hier hand in hand. En eindigen doet hij hier in een climax. Het achtste deel, ‘Les Mages’ – ‘De Wijzen’ handelt over de drie wijzen die de pasgeborene bezoeken en bestaat geheel uit een steeds terugkerende melodie van drie lange en drie korte noten, als een meditatie. Besluiten doet Messiaen met ‘Dieu parmi nous’ – ‘God onder ons’, het geldt als het meest bekende deel van de cyclus. Messiaen reikt ons hier allereerst drie thema’s aan. Het eerste is dramatisch, verontrustend, het tweede ingetogen en het derde vrolijk en opgewekt. Op grandioze wijze verweeft hij deze drie thema’s vervolgens met elkaar en brengt het geheel middels een overdonderende climax tot een einde.

Messiaen’s kracht ligt duidelijk in de rijke klankwereld die hij schept met alle kleurschakeringen en die hier prachtig verklankt worden door Jellema. Hij neemt duidelijk de tijd om alle nuances voor het voetlicht te brengen en laat de meditatieve waarde van het stuk optimaal uitkomen. Wat daarbij helpt is dat het grote, op Frans-romantische leest geschoeide Verschueren-orgel qua klankopbouw en stijl lijkt op het orgel van de St. Trinité te Parijs, waarvan Messiaen jarenlang de vaste bespeler was. Ook voor niet gelovigen valt er dus veel te genieten aan dit boeiende stuk.