Adrián Demoč – Neha / Hudba (za Názvom) (CD Recensie)

De muziek van de Slowaakse componist Adrián Demoč is mij inmiddels al redelijk bekend. Ik besprak zijn stuk voor viool solo ‘Dotyki. Z Zrkadlon’, uitgevoerd door Milan Pala en de nodige stukken voor ensemble, allen uitgevoerd door Apartment House. Waar ik nog geen kennis mee gemaakt had, was zijn muziek voor orkest. Bij Another Timbre verschenen echter onlangs opnames van ‘Neha’, uitgevoerd door het Slowaaks Radio Symfonie Orkest, onder leiding van Marián Lejava en ‘Popinavá hudba’, uitgevoerd door het Ostrava New Orchestra, met Petr Kotik op de bok. Verder hier aandacht voor twee stukken voor ensemble: ‘Hudba (za Názvoom)’ en ‘Ma fin est mon commencement’, beiden uitgevoerd door Ensemble Ricercata en uitgebracht door Hevhetia. 

Een piano aanslag als een klok, met weerklank in het orkest in de vorm van een klankwolk, zo begint ‘Neha’, Slowaaks voor tederheid. Democ zelf: “As both a listener and a composer I tend to prefer gentle and soft, non-violent music”. Dat wisten we al, we kennen zijn klankwereld inmiddels en ook dit ‘Neha’ past daar naadloos in. Hooguit heeft hij nu een groter instrumentarium, wat zorgt voor een grotere gelaagdheid in die klankwolken. Er zit zeker variatie in dit stuk, maar de grondslag blijft hetzelfde: een noot, gevolgd door een wolk van klank, als een soort van echo. De grootste verandering vindt plaats zo ongeveer op de helft van het stuk, na een korte stilte. Die noten volgen elkaar hierna sneller op, terwijl de ‘echo’s’ korter duren. De muziek wordt daardoor meer een eenheid, tevens neemt de dynamiek toe. Eindigen doet Demoč volledig in stijl, lees met een grote mate van subtiliteit. Al even ingetogen klinkt ‘Popinavá hudba’, ‘hudba’ is Slowaaks voor muziek en ‘popinavá’ is volgens de componist onvertaalbaar, maar heeft in ieder geval te maken met hoe klimplanten groeien. Een gegeven dat hij hier vangt door het stukt te laten groeien uit een simpele melodische lijn. Maar voor mij is het ook muziek die ik associeer met het ritme van de ademhaling. 

‘Hudba (za Názvom)’ betekent ‘Muziek (na titel)’ en is een stuk voor viool, klarinet, piano en bezit datzelfde kabbelend repetitieve karakter dat we vaker in de muziek van Demoč terugvinden. Het blijkt ook een bijzonder mooie combinatie aan instrumenten die de componist hier koos, beurtelings trekken ze met elkaar op, of vullen elkaar juist aan, waardoor er een soort van muzikaal spel ontstaat van steeds wisselende patronen. Bijzonder zijn die verstilde passages waarin Demoč tegen het onhoorbare aanleunt. Het is een stuk met opvallend weinig variatie, zeker gezien de lengte van ruim zesendertig minuten, maar dat, mede doordat repetitieve karakter, wel weet te boeien. ‘Ma fin est mon commencement’, voor dezelfde bezetting, is met ruim twaalf minuten een stuk korter en onderscheidt zich verder van het meer melodische karakter van de muziek. En ook hier valt die ’tedere’ aanpak van Demoč weer op.

De Cd’s zijn (deels) te beluisteren via Bandcamp en daar ook te koop: